Elektrisch bouwmaterieel is een veelbelovende oplossing voor zowel het stikstof- als het klimaatprobleem. En voor de Staad een opwindende business.
‘Kunnen jullie ook een elektrische graafmachine leveren?’ Die vraag, die in 2019 binnenkwam bij Staad luidde een heel nieuw en opwindend tijdperk in voor de importeur van grondverzetmachines uit Veghel. Rijkswaterstaat voerde bij de aanleg van de A16 een proefproject uit gericht op ‘emissieloos bouwen’, met zo min mogelijk uitstoot van CO2, stikstof en fijnstof. Dus moest zo veel mogelijk materiaal op de bouwplaats elektrisch zijn.
Bericht gaat door onder de afbeelding
‘Een mooie uitdaging’, vond algemeen directeur Pieter Staadegaard. Dus werd direct gebeld met Develon, het Zuid-Koreaanse bedrijf waarvan Staad de importeur is. Maar een zware dieselmotor in een graafmachine vervangen door een elektrische, was volgens Develon onmogelijk. ‘Dus toen zijn we het zelf maar gaan doen’, zegt Staadegaard met een grote glimlach. ‘Binnen een jaar hadden we een dieselgraafmachine omgebouwd.’
Toen ging het dus hard. Want mede door de stikstofcrisis is er grote vraag naar machines zonder verbrandingsmotor. Staad, in 2013 begonnen met 14 medewerkers, heeft inmiddels 148 man op de loonlijst. Ongeveer 80 procent van de omzet komt uit de verkoop en verhuur van elektrisch materieel.
Die groei moet de komende jaren gestaag doorzetten dankzij de trots die sinds enkele weken voor de deur staat: de Staad 17 W. Een geheel zelf ontworpen en ontwikkelde elektrische graafmachine, inclusief een op eigen patent vervaardigde batterij. Hiermee wil het bedrijf de komende jaren de Europese markt veroveren.
De kiem voor dit succes werd in zekere zin al gelegd toen Staadegaards grootvader in 1920 remigreerde vanuit de Verenigde Staten naar Nederland. Dankzij de ervaringen die zijn familie in de staat Minnesota had opgedaan met landbouwmachines lukte het hem om de relatief arme grond in Brabant te bewerken. Andere boeren kwamen kijken hoe dat werkte. In 1930 deed opa Staadegaard het boerenbedrijf over aan zijn broers en besloot zich volledig te storten op de verkoop en service van tractoren en andere landbouwmachines.
Bericht gaat door onder de afbeelding
‘Er worden in mijn familie nog mooie verhalen uit die tijd verteld’, zegt Pieter Staadegaard. ‘De meeste klanten wisselden hun paarden in voor zo’n trekker en dat was wennen. Een keer kwam een boer terug met de mededeling dat er toch iets niet klopte omdat het apparaat helemaal niet reageerde als hij ‘huu’ riep.’
Staadegaards vader moest als 6-jarige al op zijn fietsje langs bij klanten om uit te leggen hoe die veilig hun machines konden aanslingeren. Sinds de jaren zestig verkochten de Staadegaards ook graafmachines. Die afdeling heeft Pieter samen met zijn broers in 2013 verzelfstandigd. De rest van het familiebedrijf is in 2020 verkocht.
Zoals zijn opa pionierde met mechanisatie, zo loopt Pieter Staadegaard met zijn broer Sijmen (directeur duurzaamheid) voorop in de revolutie van nu: de elektrificatie. Daarvoor hebben zij een onderzoeksteam van veertig mensen in dienst. De 17W is dus hun nieuwste paradepaardje.
Ten opzichte van de eerdere omgebouwde dieselgraafmachines is de belangrijkste innovatie van de 17W dat die elektrisch rijdt, vertelt technisch specialist machines Luuc Duijm. ‘Klassieke graafmachines rijden op hydrauliek en uit onderzoek dat wij deden, bleek dat daarbij met afstand de meeste energie wordt verbruikt. Rijden met een elektromotor levert een besparing op van zo’n 20 procent.’
‘Voor onze eerste graafmachines hebben we zelf een batterij ontworpen van 400 kilowattuur’, vertelt Theo Jansen, technisch specialist batterijen. 400 kilowattuur is ongeveer evenveel als achthonderd gemiddelde fietsaccu’s. ‘Daarmee kon je tien uur met een graafmachine draaien, ruim voldoende voor een dienst van acht uur. Omdat de 17W veel efficiënter is, hebben we daarvoor nu een batterijvariant gebouwd van 300 kilowattuur.’
Ook in de toekomst liggen er kansen voor verbetering. Batterijen worden sowieso steeds beter en ook de graafmachines kunnen nog efficiënter. Duijm: ‘We kunnen de bewegingen van de graafarm ook met elektromotoren doen in plaats van hydraulisch, dan kunnen we ook weer energie terugwinnen wanneer de arm zakt. En met AI kunnen we hopelijk bewegingen zo laten aansturen dat ze zo min mogelijk energie gebruiken.’
Nu zijn de kosten van een elektrische graafmachine nog zo’n 30 procent hoger dan van de variant met dieselmotor, maar dat gaat volgens de technici snel omslaan in het voordeel van elektrisch. Intussen werkt Duijm alweer aan de volgende elektrische graafmachine van de eigen productlijn: ‘Nog een maatje groter en dan niet met banden, maar met rupsen.’
De nieuwste ontwikkeling voor Staad is: energy as a service. Staadegaard: ‘Zeker voor klanten die steeds op andere plekken werken, geeft het laden stress. Die nemen wij voor ze weg. We beschikken over twee elektrische trucks waarmee we klanten op de werkplaats van volle batterijen voorzien.’
Staad heeft afgelopen jaren een netwerk opgebouwd van bedrijven die verspreid over het land zonnepanelen, windmolens en vergisters hebben staan. Staadegaard: ‘Daar kunnen zij hun batterijen neerzetten en voor een zeer schappelijke prijs laden. Liefst op de momenten van de dag dat het aanbod van stroom zo groot is dat zonnepanelen steeds vaker worden uitgeschakeld en windmolens stilgelegd.’
Daarnaast werken ze aan plannen om de batterijen voor veel meer toepassingen te gebruiken. Staadegaard: ‘Een graafmachine is zo’n tweehonderd dagen per jaar aan het werk. De overige 165 dagen kunnen de batterijen natuurlijk ook gebruikt worden. Bijvoorbeeld om auto’s te laden of een festival van stroom te voorzien. Maar ze kunnen ook naast een zonnepark staan en stroom opslaan als de zon schijnt en aan het net leveren als het donker wordt.’
Het is allemaal veelbelovend, vindt Pieter Staadegaard. ‘In Nederland alleen al zijn honderdduizend grondverzetmachines. Als die allemaal op deze manier van groene stroom worden voorzien, zetten we een flinke stap in de energietransitie.’
De Onderneming
In deze wekelijkse rubriek vertellen ondernemers over hun bedrijf. Vandaag: Staad uit Veghel, opgericht in 2013, met 148 werknemers en een omzet van 75 miljoen euro in 2024.
Interview De Volkskrant - De onderneming - Originele artikel: klik hier.
Auteur: Tjerk gualtherie van Weezel
Foto's door: Foto Raymond Rutting / de Volkskrant
Neem contact met ons op. We vertellen je er graag meer over!